Ik voeg een dag toe aan het schrikkeljaar, schikt het? Dat wordt dan 30 februari.
Op een dag die niet bestaat kan je alles meemaken wat niet is, bedacht ik me.
En daar hij toch al niet bestaat hoeft hij ook niet noodzakelijkerwijs te volgen op 29 februari.
Je kan hem inzetten wanneer je hem nodig hebt.
Bijvoorbeeld tussen 12 en 13 mei.
Ik maak met mijn dochtertje een ommetje op deze nietdag.
Een frisse neus halen.
Ik doe mijn voordeur open.
De huizen in mijn straat zijn bont en rond.
Grillig gebouwd, ieder huis ziet er anders uit.
Logisch, er wonen ook allemaal verschillende mensen in.
De kleuren variëren maar zijn in lichte tinten gehouden, het heeft iets weg van Park Güell.
Het is rustig op straat.
Er rijden geen auto’s, dat mag alleen buiten de stad.
Een buurvrouw met twee loslopende kleuters groet me vriendelijk.
Ik groet terug.
Kindergelach.
Met mijn dochter passeer ik een zwerver op een bank.
Hij knaagt tevreden aan een broodje, hij heeft warme kleren aan.
Ze klimt bij hem op schoot en trekt aan zijn baard, hij schiet in de lach en dreigt haar te kietelen. Zij maakt schaterend dat ze wegkomt.
Hij kiest ervoor om zonder vast huis te leven, we accepteren dat.
Iedere buurt heeft er een of twee, er is een rooster wie in welke week wat etensresten aan ze afstaat, wie hun was doet etc.
Ze zijn maf, maar soms ook wijs in hun mafheid en ik heb meer dan eens gezien dat iemand die in de problemen zat, op hun banken ging zitten om zijn verhaal te doen.
Als we de hoek omgaan komen we op een drukkere straat terecht.
Veel mensen lopen in koppels of kleine groepen.
Sommigen hand in hand.
Opvallend is dat ze weinig zeggen.
Dat komt omdat woorden zijn afgeschaft.
Het telt als teken van zwakte om woorden te gebruiken buiten het praktische om.
Het gevolg is harmonie.
Men is gewend om elkaar veel aan te raken bij het communiceren, direct en lang oogcontact te maken.
De meeste dingen worden zo zeer duidelijk.
Iets verder weg is muziek te horen.
Die komt uit het swingkwartier, waar de hele dag door live muziek wordt gemaakt.
Wie zijn dag niet heeft wordt geacht hier naartoe te gaan en zijn lichaam uit te laten drukken wat er dwars zit.
Ook dat spaart een hoop woorden.
Onze god is de dans.
Je kan daar vreemde dingen zien.
Mensen die over de grond kruipen, hun bekken woest alle kanten opschudden, als razenden op hun plaats rennen of boksen, maar ook die, die juist heel langzaam en zweverig hun armen boven hun hoofd laten deinen. Het hangt natuurlijk ook een beetje van de muziek af.
Het is vreemd, maar eng eigenlijk niet, al gaat het er soms heftig aan toe.
Door de bewegingen is de gemoedstoestand van de mensen transparant. Je ziet wel wie je even met rust moet laten en wie eventueel in is voor een duetje.
Ja dat ook.
Het is ook een ontmoetingsplaats.
Mannen en vrouwen, maar ook mensen van het zelfde geslacht komen hier om wat endorfine op te doen.
Omdat het huwelijk uit de mode is, zijn de ontmoetingen vrij van sancties van eventuele echtgenotes.
Het wordt alleen toegestaan om te trouwen tegen het einde van je leven, en als je minstens twintig jaar bij elkaar bent.
Dat scheelt iedereen een hoop geld en gedoe. De meeste mensen kiezen niet voor een monogame relatie, kinderen worden door de gemeenschap opgevoed.
Op de terugweg halen we nog wat brood bij de bakker.
Betalen hoeft niet.
Het stadsbestuur heeft de taken dusdanig verdeeld dat iedereen genoeg van alles heeft.
Ik heb onlangs een artikel geschreven voor ons stadsblad dat iedereen inspirerend vond.
Mijn dochter krijgt daarom een rozijnenbol extra.
Helaas is het al avond want de dagen op nietdag zijn altijd korter dan anderen.
We gaan op tijd naar bed,
want morgen is alles weer gewoon.